Onderzoek naar Joods vastgoed
Na overleg met vertegenwoordigers van de joodse gemeenschap heeft Joris Hoogbergen samen met collega’s van CDA en D66 het college vragen gesteld over het besluit geen onderzoek te doen naar de onteigening van Joods vastgoed tijdens de Tweede Wereldoorlog:
Twintig Nederlandse gemeenten gaan hun eigen rol bij de verkoop van Joods vastgoed tijdens de
Tweede Wereldoorlog onderzoeken. De gemeenten gaan onderzoeken of belastingen zijn geheven
terwijl de Joodse eigenaren geen toegang hadden tot hun woningen en of na de oorlog
daadwerkelijk rechtsherstel heeft plaatsgevonden.
In Breda zijn 50 woningen van Joodse Bredase eigenaren onteigend tijdens de Tweede
Wereldoorlog. De gemeente Breda ziet vooralsnog geen noodzaak tot het doen van onderzoek. Als
reden om geen onderzoek te doen, is in een artikel in BN De Stem door een woordvoerder van de
gemeente aangegeven: ,,Als gemeente hebben wij zelf nooit onderzoek gedaan naar de onteigening
van Bredase panden tijdens WOII […]. We hebben hierover ook geen vragen of verzoeken gekregen
van overlevenden of erfgenamen. Als nabestaanden hierover contact met ons opnemen kan dat voor
ons een vertrekpunt zijn voor verder onderzoek.”
Uit een onderzoek van het programma De Monitor3 over de onteigening van Joods vastgoed blijkt
dat een aantal gemeenten een dubieuze rol heeft gespeeld na de oorlog. Zo zijn vergoedingen voor
gemeentebelastingen gevraagd voor de periode dat de eigenaars van vastgoed in concentratiekampen zaten. In de uitzending van 5 oktober jl. geven de burgmeesters van Eindhoven
en Winterswijk aan een onderzoek te starten.
De PvdA, CDA en D66 vinden dat de gemeente Breda proactief moet zijn en onderzoek moet doen
naar de onteigeningen van Joods vastgoed in Breda en de rol van de gemeente hierbij tijdens en na
de Tweede Wereldoorlog. Dat zou niet mogen afhangen van een verzoek van overlevenden en/of
erfgenamen. Niet alleen onze partijen vinden dat de gemeente onderzoek moet doen naar de
onteigening van Joods vastgoed, ook Joodse organisaties in en om Breda geven aan dat actie hierop
goed zou zijn.
Daarom stellen we het college de volgende vragen:
1. Is het college het met ons eens dat de gemeente Breda onderzoek moet doen naar de
onteigening van Joods vastgoed tijdens de Tweede Wereldoorlog en daarbij ook zou moeten
kijken naar de rol van de gemeente tijdens en na de oorlog?
2. Waarom heeft de gemeente tot nu toe geen onderzoek gedaan en verklaart Breda alleen
onderzoek te doen als daar door overlevenden of erfgenamen om gevraagd wordt?
3. Heeft u actief contact gezocht met Joodse organisaties om kennis te nemen van hun
standpunt? Zo niet, bent u bereid om dit alsnog te doen?
4. Heeft u contact gezocht met Joodse overlevenden of erfgenamen? Zo niet, bent u bereid dit
alsnog te doen?